Veiligheid

 

Veiligheid

Veiligheid staat bij SPOLT hoog in het vaandel. Leren, ontwikkelen, groeien en werken kan niet zonder een veilige schoolomgeving. We hebben daarom gedragsregels opgesteld om ervoor te zorgen dat iedereen zich veilig voelt. Zorgdragen voor een veilige schoolomgeving is voor onze scholen een onderdeel van het schoolbeleid. 

 

Veiligheid wordt gekenschetst als het totaal pedagogisch klimaat in en rond de school. De school streeft ernaar een omgeving te creëren waarin leerlingen, medewerkers en ouders zich mentaal veilig voelen en in alle harmonie samenwerken. Dit vertaalt zich in betrokkenheid op elkaar in een omgeving waar iedereen binnen de gestelde normen zichzelf kan en durft te zijn. Een gemeenschap zoals omschreven is voor onze scholen de basis en het fundament voor sociaal-emotionele en cognitieve ontwikkeling. 

Veiligheid is verbonden aan het sterke pedagogische klimaat van de school en hiermee wordt geïnvesteerd in de betrokkenheid en het stimuleren van de ontwikkeling van de leerlingen.

 

Doelstelling van het beleidsplan schoolveiligheid

We streven naar een veilige leer- en werkomgeving, kortom een veilige school. Het beleid dat hiertoe wordt gevoerd is gestoeld op het besef dat versterking van dit beleid ten goede komt aan de ontwikkeling en het welbevinden van alle leerlingen en het welbevinden van het personeel. Iedereen die werkzaamheden verricht voor onze scholen dan wel onderwijs volgt of anderszins deel uitmaakt van de gemeenschap wordt geacht zich te onthouden van elke vorm van ongewenst gedrag.

 

Onze scholen nemen preventieve en curatieve maatregelen om ongewenst gedrag te voorkomen en te bestrijden. Onder ongewenst gedrag wordt verstaan elke vorm van (seksuele) intimidatie, racisme, discriminatie, agressie en geweld.

Personeel en ouders worden geïnformeerd over het beleidsplan en de protocollen/stappenplan. Door de leerkrachten worden gedragsregels met de leerlingen regelmatig besproken. Aan iedere leerling wordt de zorg en aandacht geboden die nodig is om zich zo optimaal mogelijk te kunnen ontwikkelen.

 

De doelstellingen van het beleidsplan schoolveiligheid worden gerealiseerd door het proactief uitdragen van het streven naar een veilige leer- en werkomgeving binnen onze scholen, onder andere door passende activiteiten uit te

voeren. Deze activiteiten zijn gebaseerd op de volgende onderdelen:

 

● Preventief beleid ter voorkoming van incidenten;

● Curatief beleid ter voorkoming van verdere escalatie bij incidenten;

● Registratie en evaluatie.

 

Schorsing en verwijdering

SPOLT kent het beleidsplan "De Veilige School". Een onderdeel van dit plan is het zogenaamd protocol " Schorsing & Verwijdering". De Klink volgt dit protocol als er sprake is van ernstig ongewenst gedrag door een leerling, waarbij psychisch en/of lichamelijk letsel aan derden is toegebracht. Er worden drie vormen van maatregelen genomen:

 

Time-out

Een ernstig incident leidt tot een time-out met onmiddellijke ingang. Hier gelden de volgende voorwaarden:

In geval van een time-out wordt de leerling voor de rest van de dag de toegang tot de school ontzegd.

Tenzij redelijke gronden zich daartegen verzetten, worden de ouders/verzorgers onmiddellijk van het incident en de time-out op de hoogte gebracht. Als veiligheid voorop staat, moet de time-out niet afhankelijk gesteld worden van het contact met ouders/verzorgers. Als de ouders/verzorgers niet te bereiken zijn, wordt, indien mogelijk, de leerling verwijderd uit de klas en onder toezicht gesteld van een leerkracht of lid van de directie die op dat moment geen groep heeft.

De time-out maatregel kan eenmaal worden verlengd met één dag. Daarna kan de leerling worden geschorst voor maximaal één week. In beide gevallen dient de school vooraf of, indien dat niet mogelijk is, zo spoedig mogelijk na het effectueren van de maatregel contact op te nemen met de ouders/verzorgers.

De ouders/verzorgers worden op school uitgenodigd voor een gesprek. Hierbij is de groepsleerkracht en een lid van de directie van de school aanwezig.

Van het incident en het gesprek met de ouders wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen (zie noot 1).

De time-out maatregel kan alleen worden toegepast na goedkeuring door de directie van de school. De time-out maatregel wordt na toepassing schriftelijk gemeld aan het bevoegd gezag (het bestuur).

 

Schorsing

Pas bij een volgend ernstig incident, of in het afzonderlijke geval dat het voorgevallen incident zo ernstig is, kan worden overgegaan tot een formele schorsing. De wettelijke regeling voor het Bijzonder/Openbaar onderwijs is hierbij van toepassing.

Hierbij gelden de volgende voorwaarden:

Het bevoegd gezag van de school wordt voorafgaand aan de schorsing in kennis gesteld van deze maatregel en om goedkeuring gevraagd.

Gedurende de schorsing wordt de leerling de toegang tot de school ontzegd. Voor zover mogelijk worden er maatregelen getroffen waardoor de voortgang van het leerproces van de leerling gewaarborgd kan worden (zie noot 2).

De schorsing bedraagt maximaal een week en kan hooguit tweemaal worden verlengd (zie noot 3).

De betrokken ouders/verzorgers worden door de directie uitgenodigd voor een gesprek betreffende de maatregel. Hierbij dienen nadrukkelijk oplossingsmogelijkheden te worden verkend, waarbij de mogelijkheden en onmogelijkheden van de opvang van de leerling op school aan de orde komen.

Van de schorsing en het gesprek met de ouders/verzorgers wordt een verslag gemaakt. Dit verslag wordt door de ouders/verzorgers voor gezien getekend en in het leerlingendossier opgeslagen.

Het verslag wordt ter kennisgeving verstuurd aan het bevoegd gezag, de ambtenaar leerplichtzaken en de onderwijsinspectie.

Ouders/verzorgers kunnen beroep aantekenen bij het bevoegd gezag van de school. Het bevoegd gezag beslist binnen twee weken over het beroep.

 

Verwijdering

Bij het zich meerdere malen voordoen van een ernstig incident, dat ingrijpende gevolgen heeft voor de veiligheid en/of de onderwijskundige voortgang van de school, kan worden overgegaan tot verwijdering. De wettelijke regeling voor het Bijzonder/Openbaar onderwijs is hierbij van toepassing. Hierbij gelden de volgende voorwaarden:

 

Verwijdering van een leerling van school is een beslissing van het bevoegd gezag.

Voordat men een beslissing neemt, dient het bevoegd gezag de directie en de betrokken leerkracht te horen. Hiervan wordt een verslag gemaakt wat aan de ouders/verzorgers ter kennis wordt gesteld en door de ouders/verzorgers voor gezien wordt getekend.

Het verslag wordt ter kennisgeving opgestuurd naar de ambtenaar leerplichtzaken en de onderwijsinspectie.

Het bevoegd gezag informeert de ouders/verzorgers schriftelijk en met redenen over het voornemen tot verwijdering, waarbij de ouders/verzorgers gewezen worden op de mogelijkheid van het indienen van een bezwaarschrift.

De ouders/verzorgers krijgen de mogelijkheid binnen zes weken een bezwaarschrift in te dienen.

Het bevoegd gezag is verplicht de ouders/verzorgers te horen over het bezwaarschrift.

Het bevoegd gezag neemt een uiteindelijke beslissing binnen vier weken na ontvangst van het bezwaarschrift.

Een besluit tot verwijdering is pas mogelijk nadat een andere basisschool of een andere school voor speciaal basisonderwijs is gevonden om de leerling op te nemen. Dit is ook mogelijk als het aantoonbaar is dat het bevoegd gezag gedurende acht weken er alles aan heeft gedaan om de leerling elders geplaatst te krijgen.

 

Noot 1.

De time-out is geen officieel instrument, maar kan niettemin bruikbaar zijn bij onveilige situaties of bij het herstellen van de rust binnen de school. Het is principieel geen strafmaatregel maar een ordemaatregel in het belang van de school. Daarom geen aantekening van de time-out, maar wel van het incident in het dossier van de leerling.

 

Noot 2.

Schorsing mag niet betekenen dat het doen van toetsen (b.v. CITO-entree- of eindtoets) wordt belemmerd. Dit vraagt passende maatregelen, bijv. het wel tot de school toelaten voor het doen van deze toets. Daarnaast kan het beschikbaar stellen van (thuis)studiemateriaal tot de mogelijkheden behoren.

 

Noot 3.

Wezenlijk is dat de schorsing aan een maximum termijn gebonden is. Het mag geen verkapte verwijdering worden. De termijn is zo gekozen dat in het ernstigste geval de school voldoende tijd ter beschikking heeft om een eventuele beslissing tot verwijdering op zorgvuldige wijze voor te bereiden.